- Czasu onvoltooid verleden tijd używa się do opisywania czegoś
- Czasu onvoltooid verleden tijd używa się do czynności, które miały miejsce zaraz po sobie.
- Czas onvoltooid verleden tijd używasz, gdy coś często się zdarzało wcześniej lub było zwyczajem.
- Końcówka podstawy to softketchup? Dodaj -te(n).
- Brak softketchup? Dodaj -de(n).
- Liczba pojedyncza = -te lub -de
- Liczba mnoga = -ten lub -den.
Werken (pracować) | Voelen (czuć) | Wachten (czekać) | Openen (otwierać) | |
---|---|---|---|---|
ik | werkte | voelde | wachtte | opende |
jij, je | werkte | voelde | wachtte | opende |
hij, zij, het | werkte | voelde | wachtte | opende |
wij, we | werkten | voelden | wachtten | openden |
jullie | werkten | voelden | wachtten | openden |
zij, ze | werkten | voelden | wachtten | openden |
Ćwiczenie 1: Onvoltooid verleden tijd: zwakke werkwoorden
Instrukcja: Wstaw poprawne słowo.
wandelde, huurden, maakte, bevestigde, probeerde, meldde, leerde, wachtte
1.
Proberen:
De ambtenaar ... wakker te blijven tijdens de vergadering.
(Urzędnik próbował pozostać obudzony podczas spotkania.)
2.
Maken:
De ambtenaar ... een kopie van mijn paspoort.
(Urzędnik zrobił kopię mojego paszportu.)
3.
Bevestigen:
Ik ... mijn afspraak via de telefoon.
(Potwierdziłem moją wizytę przez telefon.)
4.
Wandelen:
Hij ... naar het stadhuis voor zijn afspraak.
(On chodził do ratusza na swoją wizytę.)
5.
Wachten:
Mijn moeder ... een uur op de afspraak.
(Moja matka czekała na spotkanie przez godzinę.)
6.
Huren:
Wij ... een woning via een officieel formulier.
(Wynajęliśmy mieszkanie za pomocą oficjalnego formularza.)
7.
Melden:
Ik ... mijn nieuwe baan bij de gemeente.
(Zgłosiłem swoją nową pracę w urzędzie gminy.)
8.
Leren:
De student ... veel over sociale zekerheid.
(Student nauczył się wiele o zabezpieczeniu społecznym.)
Ćwiczenie 2: Wielokrotny wybór
Instrukcja: Wybierz poprawne zdanie w czasie przeszłym niedokonanym czasowników regularnych. Zwróć uwagę na temat i odpowiednią końcówkę (-te/-ten lub -de/-den) dla liczby pojedynczej i mnogiej.
1.
Dubbele 't' is fout. Enkelvoud 1e persoon is 'werkte' met één 't'.
Onjuiste uitgang '-de'. De stam eindigt op een zachte medeklinker 'k', dus gebruik je '-te': 'werkte'.
2.
De stam eindigt niet op een zachte medeklinker, dus geen '-ten', maar '-den' in meervoud: 'voelden' is correct.
Foute lettervolgorde en uitgang. Correct is 'voelden' zonder extra letters.
3.
De zin is grammaticaal correct, maar de plaatsing van 'niet' is ongewone en maakt de zin minder natuurlijk.
Dubbele 'd' is niet correct. De correcte uitgang is '-te' bij een stam die eindigt op 't'.
4.
Onjuiste uitgang en lettervolgorde. Correct is 'openden' voor meervoud.
Foute volgorde van letters. De juiste vorm is 'openden'.